wave

Coöperatief leren, waarom eigenlijk?

In de onderstaande tekst laten we Dr. Spencer Kagan aan het woord. Hij is de man die zich in meer dan 30 landen op de hele wereld  bezig houdt met coöperatief leren.
 
Een coöperatieve klas en een coöperatieve wereld
Sociale houdingen
Als we met anderen omgaan kunnen we één van de volgende sociale houdingen aannemen: competitief, individualistisch of coöperatief.
Als we in een competitieve stemming zijn, is het winnen of verliezen. We zijn tegen de andere persoon. Als één van ons wint, verliest de ander.
Als we in een individualistische stemming zijn, zijn onze resultaten onafhankelijk. Iedereen doet iets voor zichzelf en als de één het goed doet bepaalt dit niet de resultaten van de ander.
Als we een coöperatieve houding aannemen, zijn we op zoek naar een winwin-situatie. Samen staan we sterk terwijl we werken aan een gemeenschappelijk doel. Als de één het goed doet, helpt dat de ander. We voelen ons alsof we aan dezelfde kant staan.
Coöperatieve werkvormen
Coöperatieve werkvormen zijn bedoeld om leerlingen te leren aan dezelfde kant te staan terwijl ze werken aan een gezamenlijk doel. Leerlingen hopen dat hun klasgenoten het goed doen en bemoedigen, begeleiden en vieren hun succes.
Teambouwers en Klassenbouwers zorgen voor de ontwikkeling van de sociale vaardigheden.
Onderwijs vroeger en nu
Het onderwijs van vroeger ging er vanuit dat de leerkracht de kennis had en het zijn taak was die kennis over te brengen. Het beeld dat daarbij ontstaat is een klas vol leerlingen met lege hoofden waar de leraar kennis en vaardigheden ingiet.
Bij coöperatief leren neemt de leraar aan dat leerlingen nieuwsgierig en leergierig zijn. Doordat  zowel de leraar als de leerlingen elkaar helpen bouwt iedereen in de groep aan zijn of haar basiskennis en ontwikkelt daarnaast vaardigheden. Het beeld dat hierbij ontstaat is dat leerlingen en leraren allemaal aan dezelfde kant staan en samenwerken en zo een fantastische leergemeenschap vormen.
De coöperatieve werkvormen laten leerlingen samenwerken om kennis op te doen en vaardigheden te ontwikkelen.
Om deze fantastische leergemeenschap te maken, gaan we als leraren aan de kant van onze leerlingen staan. We zijn niet langer de leraar die het beter weet. We worden de coach aan de zijlijn. De leerlingen gaan zelf steeds meer doen. Ze zijn niet langer passief en wachten niet op de leerkracht die kennis overdraagt maar nemen zelf initiatieven. Ze weten dat ze verantwoordelijk zijn voor het leren en samenwerken. De motivatie stijgt en leerlingen vinden de lesstof en ook hun team- en klasgenoten leuker. Leraren en leerlingen hebben het gevoel dat ze aan dezelfde kant staan. Het is niet meer de klas van de leraar, maar het is hun klas.
Een grote verandering
Als de leraren aan de kant van de leerlingen gaan staan en hen uitnodigen elkaar te helpen zodat ze er allebei beter van worden, vindt er een grote verandering plaats. Die verandering gaat verder dan wat er in de klas gebeurt. Leerlingen gaan van klas naar klas op weg naar hun afstuderen. Daarna trekken ze de wijde wereld in . Ze zullen met anderen omgaan op de manier waarop ze het jaar na jaar op school geleerd hebben.
Als steeds de vraag is geweest wie het antwoord weet en wie niet, wie de hoogste cijfers haalt en wie niet, eigenlijk dus wie wint en wie verliest, zullen de leerlingen de wereld ingaan met een competitieve sociale houding. Als ze nieuwe mensen ontmoeten of met iemand samenwerken op de werkvloer, zullen ze zich afvragen: Wie is beter, wie is slechter? Wat moet ik doen om jou te verslaan
Als ze echter jaar na jaar een schoolsysteem hebben meegemaakt dat benadrukt dat ze aan dezelfde kant staan en als ze geleerd hebben samen te werken, hun klasgenoten te helpen en aan te moedigen, dan zullen ze de wereld ingaan met een coöperatieve houding. Ze zullen zichzelf afvragen: Hoe kunnen we samenwerken? Hoe kan ik je helpen?
Resultaten
Coöperatieve werkvormen werken als een hefboom. Ze zorgen dat met weinig moeite onderwijsresultaten van leerlingen kunnen verbeteren, de prestatiekloof wordt verkleind, gedragsproblemen verminderen, relaties tussen personen van  verschillende culturele achtergronden verbeteren, karakterontwikkeling wordt gecultiveerd, denkvaardigheden worden verbeterd en sociale vaardigheden, gevoel van eigenwaarde en motivatie voor school en lesstof toenemen.
Maar ze doen meer. We laten onze leerlingen de wereld ingaan met de bereidheid aan de kant van de ander te gaan staan. In plaats van eerst te vragen: "Hoe kan ik jou verslaan?" wanneer ze met anderen omgaan, zullen ze eerst vragen: "Hoe kunnen we samenwerken?"
En zo creëren we een betere wereld.